De eenvoud van gitaar composities!

Afgelopen zondag was er een documentaire op TV over Herman Brood. Het ging over zijn album Shpritsz. Brood is natuurlijk een fenomeen geweest in de Nederlandse popmuziek. Ik heb hem begin jaren ’90 ooit live mogen aanschouwen en dat was heel bizar en indrukwekkend optreden.

Het mooie aan Brood was dat hij deed waar hij zelf zin in had, maar daarnaast een groot kunstenaar was, zowel op doek als in de muziek. In de documentaire vertelde Dany Lademacher, die de belangrijkste gitarist is geweest in Brood’s band “Wild Romance”, veel over zijn periode met Brood.

Het meest grappige vond ik hoe Dany vertelde over het ontstaan van Saturday Night (de grootste hit van Herman Brood). Het was vooraf aan een studio-opname dat Dany alles had opgebouwd en nog even controleerde of zijn gitaar wel goed gestemd was. Dit deed hij door een open D akkoord aan te slaan en deze in dezelfde vingerzetting gewoon een terts en een kwint op te schuiven op de gitaarhals. Brood reageerde meteen met “Hé, wat was dat?” en had al een songtekst klaar die er op precies op paste.

Zo zie je hoe een grote hit kan ontstaan helemaal uit het niets. Vaak wordt er heel veel tijd en energie gestoken in iets dat muzikaal en technisch wellicht geweldig in elkaar zit, maar daarna helemaal niet aanslaat. Ook het leren luisteren naar muziek en het niet altijd vanuit een technische invalshoek benaderen daarvan kan leuke composities opleveren. Tevens is hier sprake van het geweldige fenomeen van ‘1 + 1 = 3’. Twee zielen die tot elkaar komen en er ontstaat iets moois! Soms hoef je niet ver te zoeken.